AANPASSING BESLUIT LOONBELASTING EN PENSIOEN: aanpassing aan PEB, opbouw, vervroegen van de pensioendatum, aanwijzingen en overgangsrecht
Op 24 november 2017 is dit Besluit bekend gemaakt. Dit besluit is een actualisering van het besluit van 6 november 2015, nr. BLKB2015/830M (Stcrt. 2015, 40404). Het besluit is aangepast aan de Wet uitfasering PEB. Een aantal onderdelen zijn daarom vervallen of aangepast en over de oudedagsverplichting zijn enige goedkeuringen opgenomen. De tijdelijke aanwijzing van combinatie-pensioenregelingen met samenloop middelloon- en eindloonfranchise is permanent gemaakt. Daarnaast is een nieuwe aanwijzing opgenomen van regelingen die na het verhogen van de pensioenrichtleeftijd een hoger opbouwpercentage hanteren dan het wettelijk maximum. In dit besluit zijn voorts enkele verduidelijkingen en redactionele wijzigingen opgenomen. Tot slot wordt een besluit ingetrokken dat zijn belang heeft verloren.
Inhoud
Onderdeel 2 betreft de dienstjaren en diensttijd.
Onderdeel 2.2 bevat een goedkeuring over perioden van verlof. In onderdeel 2.3 zijn de voorwaarden voor vrijwillige voortzetting van pensioenopbouw tot 10 jaar na ontslag opgenomen. De voorwaarden voor vrijwillige voortzetting van pensioenopbouw zijn verduidelijkt wat betreft de nettopensioenregelingen. De onderdelen 2.4 en 2.6 bevatten goedkeuringen voor uitbreiding van de pensioengevende diensttijd in geval van VUT- en prepensioenjaren volgend op uitkeringen na onvrijwillig ontslag, respectievelijk in geval van partner- en wezenpensioenen op risicobasis.
Onderdeel 3 betreft een goedkeuring voor het pensioengevend loon. De onderdelen 3.3 en 3.5 (oud) hebben hun belang verloren vanwege het vervallen van de 100%-grens per 1 januari 2017. De onderdelen 3.4, 3.6 en 3.7 (oud) zijn daarom vernummerd tot respectievelijk 3.3, 3.4 en 3.5.
Onderdeel 4 gaat in op het pensioengevend loon bij de toepassing van de zogenoemde cafetariaregelingen. Onderdeel 4.3 bevat een goedkeuring waardoor onder voorwaarden geen verlaging van het pensioengevend loon nodig is bij de ruil van brutoloon tegen een vermindering van arbeidstijd.
In een nieuw onderdeel 5 is een viertal goedkeuringen opgenomen in verband met de invoering van de Wet uitfasering PEB.
Onderdeel 6 over het vervroegen van de ingangsdatum van pensioenuitkeringen en de samenloop met arbeidsinkomsten is geactualiseerd en verduidelijkt.
Onderdeel 7 (oud) vervalt in verband met het vervallen van het doorwerkvereiste per 1 januari 2017.
De onderdelen 8 tot en met 11 (oud) zijn daarom vernummerd tot respectievelijk 7, 8, 9 en 10. Onderdeel 8 wijst op basis van artikel 19d van de Wet LB bepaalde regelingen aan als pensioenregeling. De in onderdeel 8.6 opgenomen aanwijzing van pensioenvervangende regelingen voor gemoedsbezwaarden is verduidelijkt. In onderdeel 8.7 is de aanwijzing van combinatie-pensioenregelingen met samenloop middelloon- en eindloonfranchise permanent gemaakt. Het nieuwe onderdeel 8.8 wijst regelingen aan die na het verhogen van de pensioenrichtleeftijd een hoger opbouwpercentage hanteren dan het wettelijk maximum. Aan onderdeel 9 inzake het overgangsrecht voor prepensioenen zijn twee nieuwe onderdelen toegevoegd. Het gaat hier om: onderdeel 9.4 (Pensioengevend loon voor de 100%-toets voor prepensioen in geval van niet-regelmatig genoten loon), en onderdeel 9.5 (Uitstel pensioendatum bij doorwerken als ondernemer of als resultaatgenieter na einde dienstbetrekking). Onderdeel 10 met overgangsrecht voor de invoering van de Wet VAP en de Wet Witteveen 2015 is verduidelijkt en geactualiseerd.
Onderdeel 11 voorziet in de intrekking van het besluit van 6 november 2015, nr. BLKB2015/830M.
Alle berichten van PensioenWiki zijn openbaar toegankelijk en alle andere informatie is voor leden, lid worden kan via www.pensioenwiki.nl